Meer over MIDI-verbinding
Een MIDI-verbinding is een digitaal seriële elektronische
verbinding in de vorm van een currentloop.
Uitleg:
· ‘..... seriële elektronisch....’: het gaat
hier om een tweedraadsverbinding waarbij de digitale data bit voor bit
wordt verstuurd.
· ‘digitaal....current loop’: de berichten bestaan
uit stroompulsen.
Aansluiten MIDI kabel op Toddler
De Toddler kan alleen MIDI-berichten ontvangen en bezit
daartoe een MIDI-ingang. Deze MIDI-ingang bevindt zich aan de rechter zijkant.
Het is pin 4&5 van de 5-polige DIN-connector waar ‘remote control’
boven staat.
LET OP: de pinnen 1, 2 en 3 in het kabeldeel van de MIDI-kabel,
aan de Toddler zijde, mogen niet zijn aangesloten. (behalve wanneer een
‘twisted pair’ kabel gebruikt wordt, dan moet pin 2 gebruikt worden om
de ‘shielding’ van de twisted pair kabel aan te sluiten) MIDI kabels mogen
niet langer dan 6 meter zijn.
Meer over MIDI-messages
In een systeem waarin meerdere apparaten door middel
van een MIDI-verbinding met elkaar in contact staan is één
apparaat meestal de MASTER. Dit apparaat bepaalt de werking van de andere
apparaten (SLAVES). De MASTER verrstuurt MIDI-berichten waarin verschillende
commando’s staan. In communicatieve zin wordt een slave in een MIDI-syteem
een CHANNEL genoemd. Er zijn 16 verschillende channels mogelijk die worden
genummerd van 1 t/m 16. Op een slave moet het dus mogelijk zijn een MIDI-channelnummer
in te stellen. Het channelbegrip maakt het voor de MASTER mogelijk SLAVE-selectieve
berichten te versturen. Een slave-selectief bericht heet bij MIDI een CHANNEL
MESSAGE. In zo’n bericht staat altijd een channelnummer.
Channel-messages van het type: Program change
Het MIDI-protocol kent meerdere type CHANNEL MESSAGES.
De Toddler (Toddler2 vanaf software versie 3.2) reageert alleen op het
type PROGRAM CHANGE. Zo’n bericht bestaat uit 2 bytes.
De eerste byte, STATUS BYTE, specificeert het type bericht
en het channelnummer. De bytewaarde hiervan is Cn[hex],waarbij n het channelnummer
aangeeft.
De tweede byte wordt de DATA BYTE genoemd. Het zevende
bit hiervan is altijd nul; bytewaarde is 0 t/m 127. |
Running status
De MIDI-communicatie programmatuur van de Toddler werkt
met het MIDIbegrip ‘RUNNING STATUS’. Dit houdt in: zolang de statusbyte
in opeenvolgend MIDImessages niet verandert, is het voldoende alleen de
databytes te verzenden. Daarnaast herkent de Toddler SYSTEM REAL-TIME messages,
in die zin dat RUNNING STATUS blijft gehandhaafd.
De onderstaande relatietabel tussen databytewaarde en
Toddler-aktie is van kracht:
MIDImessage = status
byte |
+ data byte |
--> start fade-in scene |
Cn[h]
Cn[h]
Cn[h]
,
,
Cn[h] |
0
1
2
,
,
99 |
Xxx
Xxx
Xxx
Xxx
Xxx
Xxx |
'n' is het onder 'SET-UP' gekozen MIDI-channelnummer. [h]
betekent hexadecimaal
Programmeren van Toddler voor MIDI-sturing
· Instellen MIDI channelnummer op de Toddler:
selecteer MIDI bij SETUP-menu ‘Remote control’ en kies een MIDI-channel
voor de Toddler (zie pagina 10 van handleiding Toddler).
· Programmeer de gewenste scenes
· Leg op de Toddler de relatie vast tussen de
waarde van de tweede byte van de MIDI-message en de scene die moet worden
in gefaded. Dit wordt gedaan bij SCENE ATTRIBUTES onder de button [assign]
(zie pagina 8 van handleiding Toddler).
Voorbeeld
Op de Toddler is bijvoorbeeld ingesteld: “MIDIchannel=4”
en “MIDI data= 14 fades in A03”. Op het moment dat de MASTER de bytewaarden
“0C4[h]” en “0E[h]” (E[h]=14 decimaal) verstuurt, reageert de Toddler met
‘cancel gaande fade’ en fade-in scene A03 |